Parabel van de maand september
In deze rubriek presenteren wij elke maand een rabbijnse parabel (mashal) uit de midrash. Soms lijken die parabels op gelijkenissen uit het Nieuwe Testament, soms helemaal niet, maar altijd zetten ze aan tot nadenken. Deze maand een parabel over een koning en zijn zoon.
Sifre Numeri 105 “Toen de wolk van boven de tent geweken was, zie, Mirjam was melaats als sneeuw; toen Aäron zich naar Mirjam omkeerde, zie ze was melaats.” (Num. 12:10) Het lijkt op een koning van vlees en bloed, die tot de gouverneur zei: “Kastijd mijn zoon! Maar kastijd hem pas, als ik weg ben, want een vader is met zijn zoon begaan.” Zie, dat is een redenering van licht naar zwaar. Als de Plaats [God] begaan is met de rechtvaardige in het uur dat Hij boos is, hoeveel meer in het uur van zijn welbehagen. Gelijk er gezegd is: “Zo spreekt de Eeuwige: In het uur van min behagen, geef Ik je antwoord.” (Jes. 49:8) Vertaling: Arie C. Kooyman |
Handleiding voor het lezen van een mashalHoe lees je nu eigenlijk een rabbijnse parabel (mashal)? Het is belangrijk om te weten dat de meeste rabbijnse parabels gericht zijn op het oplossen van een probleem of onduidelijkheid in de tekst van de Torah (de eerste vijf boeken van het Oude Testament). We vinden de meshalim dan ook in de midrash, een rabbijnse vorm van exegese. |
Recente reacties