Parabel van de maand juni: wees niet te gulzig tijdens het eten
In deze rubriek presenteren wij elke maand een rabbijnse parabel (mashal) uit de midrash. Soms lijken die parabels op gelijkenissen uit het Nieuwe Testament, soms helemaal niet, maar altijd zetten ze aan tot nadenken.
Afgelopen week sloten we als onderzoeksgroep het academisch jaar af met een maaltijd, een barbecue in de open lucht (zie de foto). Toevallig bespraken we op diezelfde dag, voorafgaande aan de barbecue, een parabel over hoe je je moet gedragen tijdens een feestmaal. In de parabel, hieronder weergegeven, eet een koningszoon te veel tijdens een banket en moet daardoor overgeven over de andere gasten. Het banket wordt vergeleken met het binnengaan van Gods volk in het land van Israël, een land van melk en honing. Omdat het volk zich niet gedraagt als waardige en dankbare gasten, ontsteekt God in woede tegen hen. Zo wordt wat een zegen leek, uiteindelijk tot een vloek voor het volk. Deze boodschap werd gelukkig door het Parabelproject ter harte genomen; hoewel er genoten werd van de (overvloedige) maaltijd, verliet iedereen op een waardige wijze de barbecue! Sifre Deuteronomium, pisqa 43
Vertaling: Arie C. Kooyman. |
Handleiding voor het lezen van een mashalHoe lees je nu eigenlijk een rabbijnse parabel (mashal)? Het is belangrijk om te weten dat de meeste rabbijnse parabels gericht zijn op het oplossen van een probleem of onduidelijkheid in de tekst van de Torah (de eerste vijf boeken van het Oude Testament). We vinden de meshalim dan ook in de midrash, een rabbijnse vorm van exegese. |
Recente reacties