Van leerling van de wijze tot wijze: Albertina Oegema promoveert cum laude!
Het Parabelproject sprak deze week met Albertina Oegema, die als eerste van de drie aan het project verbonden promovendi afgelopen vrijdag (12 maart) haar proefschrift mocht verdedigen. Ze legde de lat zeer hoog voor haar collega’s, want ze promoveerde cum laude tijdens de alweer 500ste digitale promotie van de Universiteit Utrecht.
Afgelopen vrijdag ben je gepromoveerd op je proefschrift “Negotiating Paternal Authority and Filial Agency: Fathers and Sons in Early Rabbinic Parables.” Van harte gefeliciteerd! Cum laude nog wel! Hoe heb je je promotie ervaren?
Dank je wel! Het was een geweldige ervaring waar ik ontzettend van heb genoten. Vanaf de eerste vraag zat ik er goed in en kon ik de vragen goed beantwoorden. Het is natuurlijk extra bijzonder dat mijn proefschrift en verdediging cum laude zijn gewaardeerd.
Vertel eens: waar gaat je dissertatie over?
De afgelopen zes jaar heb ik onder begeleiding van Eric Ottenheijm, de projectleider van ons Parabelproject, gewerkt aan een proefschrift over vaders en zonen in vroegrabbijnse parabels. Ik laat zien hoe vaders en zonen in vroegrabbijnse parabels worden weergeven, hoe deze weergave kan worden verklaard in het licht van de sociaalhistorische context en de metaforische dynamiek in parabels en waartoe deze weergave heeft gediend in de sociale context van de rabbijnse beweging. Een belangrijk punt is de agency van zoons, een technische term voor iemands handelingscapaciteit in relatie tot de sociale structuren in diens omgeving. Waar veel onderzoekers Joodse kinderen in de oudheid voornamelijk als objecten van handelingen, normen en waarden van volwassenen bestuderen, toon ik in mijn dissertatie aan hoe zoons in parabels op diverse wijze op hun vaders autoriteit reageren én hoe zij op hun beurt met hun gedrag hun vaders mannelijkheid en eer kunnen beïnvloeden.
Wie opponeerden tijdens je verdediging? Waarover kreeg je vragen?
Er waren vijf opponenten tijdens mijn verdediging: prof.dr. Galit Hasan-Rokem (Hebrew University of Jerusalem), prof.dr. Jacques van Ruiten (Rijksuniversiteit Groningen), prof.dr. Caroline Vander Stichele (Tilburg Universiteit), prof.dr. Peter-Ben Smit (Universiteit Utrecht) en dr. Ronit Nikolsky (Rijksuniversiteit Groningen). Ze stelden prikkelende, uitdagende vragen over zeer verschillende onderwerpen. Zo vroeg Peter-Ben Smit mij om de weergave van vaders en zoons in vroegrabbijnse parabels met die van de vader en zijn twee zoons in Lukas’ parabel van de verloren zoon en zijn boze broer (Lukas 15:11–32) te vergelijken. Ook kreeg ik vragen over de sociale context van de rabbijnse beweging, de verhouding tussen de “poëtische” en hermeneutische kant van parabels, de vrouwelijkheid van moeders in parabels en mijn visie op parabels als deel van de interpretatiegeschiedenis van de Hebreeuwse Bijbel. Zeer divers dus.
Wat was het hoogtepunt?
Eigenlijk was mijn promotie één groot hoogtepunt, maar er springen voor mij drie momenten uit. Om te beginnen was het ontzettend eervol dat enkele experts, inclusief Jacques van Ruiten, mijn begeleider in Groningen, mijn dissertatie hadden gelezen en daarover uitdagende vragen stelden. Daarnaast ervoer ik het moment van de eigenlijke promotie, waar ik onder andere de belofte van wetenschappelijke integriteit uit moest spreken, als zeer plechtig. Tot slot was de laudatio van mijn begeleider Eric Ottenheijm heel mooi en persoonlijk. Hij gaf onder andere aan dat ik mij had ontwikkeld van een talmied chakham (“leerling van de wijze”) tot een chakhamah (“wijze”).
Was je promotie online of hybride? En hoe heb je je promotie in deze coronapandemie kunnen vieren?
Mijn promotie was geheel online, maar gelukkig mocht ik mijn verdediging houden in een mooie kamer van de Universiteit Utrecht. Mijn beide paranimfen Martijn Stoutjesdijk en Jonathan Pater, mijn medepromovendi in het Parabelproject, waren daarbij ook aanwezig. Het was zeer waardevol om het moment van mijn promotie met hen te kunnen delen. De dag na mijn promotie hebben Martijn en Jonathan bovendien een zeer geslaagd online feestje georganiseerd met ons onderzoeksteam, mijn naaste familie en enkele vriendinnen.
Wat zijn je plannen na je promotie?
Ik ben op zoek naar een onderzoek- en/of onderwijspositie aan een Nederlandse of buitenlandse universiteit. Naast sollicitaties naar postdocposities binnen grote onderzoeksprojecten wil ik graag een aanvraag voor een onderzoeksproject naar ouderdom in het vroege en rabbijnse jodendom indienen voor een Rubicon-beurs (om 1 à 2 jaar onderzoek te doen aan een buitenlandse universiteit). Ook ben ik in gesprek over een tijdelijke onderwijspositie op het gebied van het Nieuwe Testament aan een Nederlandse universiteit. Ik verheug mij op de volgende stap in mijn academische carrière!
Recente reacties