Parabel van de maand augustus: over de duif die een paleis binnenvloog
In deze rubriek presenteren wij elke maand een rabbijnse parabel (mashal) uit de midrash. Soms lijken die parabels op gelijkenissen uit het Nieuwe Testament, soms helemaal niet, maar altijd zetten ze aan tot nadenken. De volgende parabel komt uit de Mechilta van Rabbi Isjmael, Be’sjallach 7.
In deze prachtige parabel wordt Israël vergeleken met een duif die achterna gezeten wordt door een havik – Egypte. De parabel-verteller stelt de gespleten zee gelijk aan het paleis van een koning waarin aan beide kanten vensters openstaan. Echter, wanneer de duif het paleis uitgevlogen is, sluit de koning snel de vensters en zit de havik vast. De koning (God) heeft dan alle tijd om zijn pijlen (regen, hagelstenen, vuur en zwavel uit de bewijstekst) op de havik af te sturen. Hetzelfde beeld van een duif en een havik wordt trouwens ook gebruikt in de parabel van de duif in de rotskloof. Overigens wordt in die parabel de zee niet met een paleis, maar met een slang vergeleken!
Vertaling: Arie C. Kooyman, Als een koning van vlees en bloed, p. 44. |
Handleiding voor het lezen van een mashalHoe lees je nu eigenlijk een rabbijnse parabel (mashal)? Het is belangrijk om te weten dat de meeste rabbijnse parabels gericht zijn op het oplossen van een probleem of onduidelijkheid in de tekst van de Torah (de eerste vijf boeken van het Oude Testament). We vinden de meshalim dan ook in de midrash, een rabbijnse vorm van exegese. |
Recente reacties